Personages.
Johanna; John; Nicht; Seb; Lot; Hanne.
Scène 1.
Scène 1.
Vrijdagochtend aan de ontbijttafel. Er moet een boodschappenbriefje
worden gemaakt voor het weekend. Iedereen is aanwezig.
Johanna: Iemand suggesties voor het eten?
Johanna: Iemand suggesties voor het eten?
Hanne: Hamburgers.
Johanna: Wat hebben we nodig?
Lot: een vliegtuig.
John: Een koffer.
Seb: Felle lampen.
Scène 2.
Scène 2.
Zaterdagmiddag in de stad. De uitverkoop aflopen om goedkoop broeken, T-shirts
en eventueel schoenen te kopen. Op de Grote Markt voor de deur van H&M.
Hanne: Mam, zullen we hier even kijken?
Johanna: Wil jij hier naar binnen?
Scène 3.
Scène 3.
Zondagochtend half zeven op het vliegveld van Bremen. Johanna, Lot,
Hanne en een nicht gaan een weekend naar Stockholm. Voor de meiden de eerste
keer vliegen. Spannend. Ze zijn een beetje druk. De nicht probeert ze gerust te
stellen.
Lot: Is vliegen gevaarlijk?
Nicht: Niet gevaarlijker dan rijden in een auto.
Hanne: En als we neerstorten?
Johanna: Kom ik om, dan kom ik om.
Scène 4.
Scène 4.
Vrijdagavond op de bank voor de televisie. De Wereld Draait Door.
Gasten praten over asielzoekers en discriminatie.
Hanne: Wat is ook al weer discriminatie.
Hanne: Wat is ook al weer discriminatie.
Seb: Dat je andere mensen behandelt zoals je zelf niet behandeld wilt
worden.
Johanna: Dat is een mooie definitie.
John: We mogen zijn zoals we zijn.
De invloed van 20 jaar De Vliegende Speeldoos op een doorsnee gezin in Nederland.
www.devliegendespeeldoos.nl
De invloed van 20 jaar De Vliegende Speeldoos op een doorsnee gezin in Nederland.
www.devliegendespeeldoos.nl
Geen opmerkingen:
Een reactie posten