De zware deur
valt achter me in het slot. Ik loop naar het midden van de kamer waar een tafel
en drie eenvoudige houten stoelen staan. De jongeman en de tolk hebben plaats
genomen. De kleine bureaulamp is aan. Ik loop naar de lege stoel en klik de
twee grote lampen aan die er achter staan opgesteld. De kamer wordt fel
verlicht. Twee plastic bekertjes met koffie staan op de tafel. De koffie is
heet. De bekertjes zijn aan de onderkant enigszins ingezakt. Voorzichtig
vastpakken straks, bedenk ik mij.
‘Naam.’
‘Naam.’
Eerst de jongeman
en vervolgens de tolk geven antwoord: ‘M…. D…..’
‘Geboorteland, -plaats
en -datum.’
‘Syrië, K…… ,
..-..-2003.’
Ik controleer de
gegevens in het dossier dat voor me ligt. Ze kloppen.
‘Dit verhoor vindt
plaats om vast te stellen of de opgegeven persoonsgegevens kloppen. En of je
recht hebt op asiel. Is dat duidelijk?’
Een schuchter
antwoord. Ik hoor de twijfel in zijn stem. Nu is het zaak om door te vragen. Voorzichtig
pak ik het bekertje met koffie boven aan de rand tussen duim en wijsvinger
vast. Wat een ellende is dit altijd. Ik zal toch eens vragen om een houder of
in ieder geval een extra bekertje.
‘Waarom ben je
gevlucht en met wie ben je hier gekomen?’
‘Met mijn moeder
en twee zusjes,’ hoor ik via de tolk. ‘Het is oorlog. Mijn vader en twee broers
zijn dood.’
‘Wat waren je
dagelijkse bezigheden in Syrië? Welke contacten had je vader? Wat voor werk
deed hij? En je broers? Wat was hun rol in de oorlog? Hadden jullie wapens? Heb
je die meegenomen toen je vluchtte? Wat hoop je in Nederland te vinden?’
Weer die twijfel.
Ontwijkende antwoorden. Ik zie de spanning in de jongeman toenemen. Ik maak
enkele notities in het dossier. Het verhoor zal ik de volgende dag voortzetten.
Nu eerst de moeder en de zusjes. Ik moet vaststellen of ze een consistent
verhaal hebben. Ik drink het laatste restje koffie, klik de grote lampen uit en
verlaat de kamer. De jongeman zal worden opgehaald door een van de bewakers. De
tolk zal blijven zitten. Tien minuten pauze. Even een broodje eten. Niet vergeten
om nieuwe koffie te regelen. Met een extra plastic bekertje. Bekerhouders zullen
er wel niet zijn.
Is dit de juiste
manier van verhoren?
Of verhoren wij
hun bede? Hun schreeuw om hulp en veiligheid?
Citaat uit de Volkskrant:
‘De IND verhoort iedere asielmigrant uitvoerig, om na te gaan of de
verstrekte gegevens over identiteit en land van herkomst kloppen en het
vluchtmotief geloofwaardig is. Daarnaast probeert de IND te achterhalen of
onder de asielmigranten oorlogsmisdadigers zijn. Die hebben op basis van
artikel 1F van het Vluchtelingenverdrag geen recht op asiel.’
In het verlengde van deze verhoren, wordt iedere dag mijn mening verhoord. Vind ik ook dat de grenzen dicht moeten? Dat het gelukzoekers zijn? Dat het een complot is dat alle vluchtelingen naar Nederland komen? Dat er een tsunami van moslims aankomt die we met vuur en zwaard moeten bestrijden?
BeantwoordenVerwijderenEn heel voorzichtig laat ik merken dat ik een andere mening ben toegedaan. Dat ik mensen wil helpen, dat ik vluchtelingenorganisaties steun, dat ik het vreselijk vind dat mensen op de vlucht verdrinken, uitgemolken worden en politiek door het slijk gehaald worden.
En dat ik moet denken aan de geschiedenislessen. Hoe we eind '30er jaren joden om dezelfde redenen terugstuurden naar Duitsland. Want dat zijn we blijkbaar vergeten, of we willen het niet weten, want dit zijn geen joden maar moslims.
Soms zou ik hiervan willen vluchten, maar ik zou niet weten waar naar toe.
Bedankt, Arjen, voor je mooie reactie. Ben het zeer met je eens.
Verwijderen