Over mij

Mijn foto
Groningen, Netherlands
Ik ben John Koster. Geboren in 1960 in Canada. In 1965 naar Nederland verhuisd. Getrouwd, 3 kinderen (zoon 1997, 2 dochters 2003). Eind 2009 begonnen met schrijven. Alle bijdragen op deze weblog zijn door mij, onder eigen naam of Papagoose, geschreven, tenzij uitdrukkelijk door mij anders vermeld. Mijn profielfoto is een afbeelding van een grote Canadese gans en is gemaakt door Andreas Trepte www.photo-natur.de bron: Wikipedia.

dinsdag 30 augustus 2016

Neo


Met een knal schiet de stugge kabel los. Ik voel dat ik naar boven drijf in …. iets. In een soort cocon, of een ei. In water. Vruchtwater. Ik moet ademhalen maar er zit iets voor mijn mond. Een slang. Met beide handen trek ik de slang uit mijn lijf. Een golf lucht vult mijn pasgeboren longen. Meer kabels, tentakels, schieten los van mijn lichaam. Ik leef.

De oude, vertrouwde wereld is verdwenen. De nieuwe wereld is angstaanjagend. Niet te begrijpen, maar echt. Ik ben Neo.

Sinds een aantal maanden zit ik in de overstapservice. Ik probeer me los te maken van de oude, vertrouwde bank. Ik stap over naar Triodos. Dat valt niet mee, overstappen. Het is niet een kwestie van een druk op de knop. De tentakels zitten muurvast. Vier rekeningen, vier betaalpassen, twee creditcards en twee kredietlimieten proberen angstvallig het overstappen te verhinderen. Ik zal de strijd niet verliezen.

De overstapservice, die Triodos biedt, werkt goed. Afschrijvingen worden automatisch gedaan van mijn nieuwe rekening. Bijschrijvingen moet ik zelf regelen. Gelukkig is dit aantal beperkt. Salarissen, belastingteruggaves, kinderbijslag. Ik heb dertien maanden de tijd.

Om oude rekeningen te kunnen opheffen, moet er voldoende saldo op staan. Er kunnen nog kosten aan verbonden zijn. Rood staan mag niet meer. Zonder enige mededeling zijn de creditcards geblokkeerd. Ze zijn gekoppeld aan de oude bank. Ik krijg een dreigmail. Ik moet het saldo op mijn rekeningen aanvullen. Ik houd niet van dreigementen. Ik bel de oude bank.

Dit is het hoofdmenu. Om u zo snel mogelijk van dienst te kunnen zijn, vragen we u uw rekeningnummer en pasnummer gereed te houden. Dit gesprek kan worden opgenomen voor trainingsdoeleinden. Maak nu uw keuze. Een ogenblik geduld alstublieft. Al onze medewerkers zijn in gesprek. U wordt zo spoedig mogelijk geholpen. Het is drukker dan u van ons gewend bent. De wachttijden kunnen oplopen. U kunt uw vraag ook stellen op onze website aan onze virtual assistant. Er zijn meer dan twintig wachtenden voor u. Probeert u het later nog eens. De verbinding wordt verbroken.

Nog één rekening te gaan. De laatste tentakel. Angst voor het loslaten van de oude wereld weerhoudt mij. Ik wil zekerheid. Ik bel de nieuwe bank.

Goedemiddag. Triodosbank Nederland. U spreekt met Jeroen.

Ik snak naar adem. Een levend persoon aan de andere kant van de lijn. We praten. Ik vraag. Jeroen antwoordt. We lachen om de oude wereld. Ik ben Neo.

dinsdag 16 augustus 2016

Perfect timing!


Ik bel voor de derde keer. Ik houd het knopje iets langer vast dan de vorige twee keren. We worden ongeduldig. We zijn moe van de reis en willen ons graag installeren in onze kamer voordat we de stad in gaan.
We horen gestommel achter de voordeur en een zacht gemompel. Ik meen dat er ‘yes, yes, I’m coming’ wordt gezegd. Een sleutel wordt aan de binnenkant van de deur in het slot omgedraaid. Klinken worden boven en onder weggeschoven en een ketting uit de sleuf gehaald. Ongetwijfeld worden we door het oog in de deur bespied. De deur wordt met luid gepiep geopend.
‘Ah, perfect timing!’ Een Oost-Europees accent.
Ze zuigt gulzig een lange trek uit haar sigaret en blaast de rook langs onze hoofden naar buiten. Slierten onverzorgd en vet haar vallen over haar wangen tot op haar schouders. Met één hand frommelt ze haar groezelige ochtendjas iets verder dicht. Aan haar blote voeten draagt ze versleten pantoffels. In de gang achter haar staat een wit mormel te grommen. Het is 6 uur ’s middags.
‘Perfect timing, perfect timing. I was expecting you. Come in, dears. You’re from Holland, right? I have the family room for you. It is almost ready. Do come in. Perfect timing!’
Ze schuifelt door de lange gang en wij volgen haar maar. Het witte mormel krabt en snuift achter ons aan. Ze opent de deur van onze kamer. Er staan drie bedden. De deuren van de kledingkast hangen scheef aan de scharnieren. Vlekken in het vaalgrijze tapijt. Voor het raam, dat open staat, hangen oude ooit witte vitrages. Onze tassen ploffen op de grond. Ze neemt nog een trek van haar sigaret. Het witte mormel springt tegen ons op. Budget B&B in een gezellige wijk net buiten het centrum van Londen, stond in de advertentie.
‘I still have to make the beds, dears,’ roept ze terwijl ze het witte mormel achteloos een trap geeft. Jankend verlaat het onze kamer.
Wij zeggen dat dit niet zo erg is. Over een uur moeten we al bij de theaterzaal zijn. Veel tijd om te rusten of ons even op te frissen hebben we niet. We zijn blij dat we het pand kunnen verlaten. We zeggen dat we verwachten om middernacht terug te zijn.
‘No problem.’
Rond middernacht komen we terug bij onze B&B. De terugweg in de Underground speelt één regel continue door onze hoofden: ‘I’m Martin Guerre. I don’t live here but over there.’ Een mooie musical in het prachtige Prince Edward Theatre. Zachtjes openen we de voordeur met de sleutel die we van onze landlady hebben gekregen. Ze staat ons in de gang al op te wachten. Aan haar uiterlijk is niets veranderd. Een sigaret in de hand. Het witte mormel gromt.
‘Perfect timing! Everything is fine. I just have to make the beds. It won’t take a minute. Would you like a cup of tea?’
We knikken. Een kopje thee gaat er wel in. Maar doe eerst de bedden, proberen we beleefd. We lopen onze kamer binnen. Het witte mormel schiet langs ons en rent als een gek rondjes door de kamer, over de bedden, onder de houten stoelen door, onderweg witte haren op onze bedden achterlatend.
Drie musicals en twee nachten in onze B&B rijker zitten we in het vliegtuig terug naar huis nog na te genieten. Uit volle borst trakteren we onze medepassagiers op: ‘I’m Martin Guerre. I don’t live here but over there.’ Precies op tijd landen we op Schiphol.
‘Perfect timing! roepen we in koor.